Terug naar voorpagina Luuper 2006 1, jrg 11, nr 21.

 

Volkse feestcultuur
 in vroegere tijden

Fijfers en trommen

Een fijfer is een klein houten blaasinstrument. Het lijkt op een dwarsfluit maar is wat kleiner. Het is een handig instrument dat past in de binnenzak. Wil je een fijfer beluisteren dan moet je er op zondagmorgen voor zonsopgang in de binnenstad zijn. De Luupers doen er hun rondgang met hun trommels en fijfers.

(Klik hier voor het beluisteren van een Fijfer! Lees ook ons dossier over 600 jaar carnaval in Halle. Er zijn nog exemplaren op de VVV te Halle. Godsj ze moe goen hoelen.)

De optredens met fijfer en trom stammen uit de middeleeuwen. De oudste bewaarde fijfer uit ons land stamt uit de 19e eeuw en werd ooit in Gent geproduceerd. Deze is te bekijken in het Brusselse Instrumentenmuseum. Wim Bosmans, wetenschappelijk medewerker schreef een compleet boek over dit prachtige instrument. (Zie Nieuwe Literatuurlijst 2006.)

Vanaf de 15e eeuw is deze in oorsprong militaire combinatie populair in de volksmuziek, niet enkel in ons land. De muziek werd vooral op straten en op pleinen gespeeld bij feesten. Ze begeleiden de schuttersgilden of andere corporaties bij profane of religieuze optochten.

 

 

Fijfer in volksbuurt. 18e eeuw.

 

Volksfeesten

Er werd veel muziek gemaakt in de vroegere tijden. In de volksbuurten was dat meestal met fijfer en trommel. Men speelde opwekkende en ritmische muziek die de omstaanders ten dans noodden. Soms liep het feest slecht af en kwam de zaak voor de rechtbank. Een geluk voor ons want anders hadden we het nooit geweten.

In Mechelen was er een jonge man voor wie het avondlijke feesten bij het tromgeroffel slecht afliep. Op 10 februari 1546 keerde Corneli van Jonckgeselle naar huis in het “quartier alwaer hy woonende was.” Het was in de carnavaltijd en hij ontmoette een aantal personen “dansende op een trommele ende die trommele spelenden eenen dans genoemt ‘sloef sloef, waer hedgij gheweest?” Blijkbaar was deze tekst voldoende om het trommelen te beëindigen met een vechtpartij. Deze zaak kwam voor de Geheime Raad in Brussel. (Zie onder Braekman in Nieuwe Literatuurlijst 2006).

Een andere jongeman, Gheleijn van Suyt, (Ghislain van de Midi, nvdr.) bezocht op 10 mei 1676 enkele Gentse herbergen. Het feest verliep niet zo goed. Er ontstond een vechtpartij en de jongeman werd zwaar gewond en overleed later. Dat is de reden dat de vechtpartij voor de rechtbank kwam en het verhaal ervan bewaard bleef in de archieven van de Raad van Vlaanderen.

Tegen de avond belandde onze Gentenaar in een café in de Molenaarsstraat. Muzikanten speelden er muziek. Daar zag hij: “(…) datter aldaer up de straet opghehangen was eenen hoet van blommen, onder de welcke eenighe jonghe dochters inden avont dansten, danof eenighe hem bij de hant packten om met hemlieden te dansen.”

Het was begin mei en dan werd met Sinksen een Sinksenbruid (Meibruid, Pinksterbruid) verkozen. (Zie onder Knippenberg in Nieuwe Literatuurlijst 2006). Er werden bloemstukken in de vorm van een grote hoed boven de straat gespannen waarrond en waaronder gedanst werd.

 

 

Duinkerken 2003. 0ptochten van de Visch’s Bende met trommels en fijfers.

 

Bloemenkransen en rozenhoeden

Bloemen werden tot kransen gevlochten en deze werden gedragen als gordel of als hoofddeksel. Grotere partijen werden tot grote kransen vervlochten en deze werden in de straat opgehangen. Men noemde deze kransen Sint-Janskronen of Sint-Pieterskronen omdat deze bloemenkransen, bloemenkronen of rozenhoeden voornamelijk werden gevlochten op Sint-Jan of op Sint-Pieter. "In het midden der straat hangt de kroon van bloemen, papier, eierschalen, en perels gemaakt, waaronder men danst, en waarmede men bij het sluiten de koning en koningin kroont. De keus der bloemen en planten was zorgvuldig gedaan, ieder had een bediendenis, onder meer waren er de Marguerite, O.L.V.-kruid, Bijvoet, Achilée, (…)." Lees ons dossier over Sint Jansfeesten.

 


Fragment uit De Boerekermis

 

Bij het einde van het feest werden ze dan in brand gestoken. "De bloemenkransen en -hoeden waren vervaardigd uit de zogenaamde St-Janskruiden: Artemisa, Verbena, Calcaria, Bijvoet en Riddersporen, die alle gelden als toverplanten. Steeds weer worden deze kransen beschouwd als machtige tover- of liefdesmiddelen. Aangebrand maar nog geheel, dienden ze om er de toekomstige liefde door te aanschouwen."

Waren er in Halle ook rozenhoeden met de Sinksendagen en de Sint-Jansfeesten? Waarschijnlijk wel. We kunnen verwijzen naar het belang van de Sint-Jansvieringen in het oude Brussel, waarover we toch iets meer terug vinden in de documenten. "Omstreeks Sint-Jan in den zomer hadden oudtijds te Brussel zekere volksvermaken, 'Croonspelen', plaats die drie, vier weken lang duurden; in weerwil der hitte dansten de jongelingen van beide geslachten op straat rond grote vuren, ontstoken onder kronen van natuurlijke of kunstmatige bloemen." Lees ons dossier over Sint Jansfeesten.

Zoals zovele volksgebruiken weten we dit omdat de vuren verboden werden door de overheden. In Brussel viel het eerste verbod op 7 augustus 1435. In 1588 toonde de Brusselse stadsmagistraat zijn bezorgdheid over het ophangen van ‘krieckhoeden’ overal in de stad: “Waer naer volght het dansen, singen ende springen tot inder middernacht.”

 

 Terug naar voorpagina Luuper 2006 1, jrg 11, nr 21.

 
Fijfer en trommel. Ronse 1949

 

Zomers carnaval

Deze zomerfeesten gaven aanleiding tot grote uitspattingen, die vergeleken kunnen worden met de Carnavalfeesten. Marcus van Vaernewijck schrijft dat men in Gent dag en nacht vuren brandde en er gezongen werd. In en rond de Sint-Janskerk (nu Sint-Baafs) zat het jonge volk tijdens de korte en warme nachten. “Ooc loopt daer veel licht volcxkin bij nachte, mits dan de nacht zeer curt ende niet caut en es." Lees ons dossier over Sint Jansfeesten.

Over de Sint-Jansvieringen in Halle weten we niets. Nochtans moet de heilige Sint-Jan zijn feest gehad hebben. In de Sint-Katherinakapel van de Halse grote kerk zijn er in de vorige eeuw afbeeldingen gevonden van Sint-Jan. Daarenboven verwijst onze kerk naar de zomerse zonnewende op Sint-Jan, 24 juni.

 

Duinkerken carnaval 2006

 

Zomerse zonnewende

In de winter komt de zon in het zuidoosten op en gaat onder in het zuidwesten, in de zomer rijst de zon in het noordoosten en gaat onder in het noordwesten. Dat is het gevolg van de schuine stand van de aardbol ten opzichte van de zonnebaan. We danken er trouwens ook onze seizoenen aan. De zon doet dat zeer secuur en jaar na jaar staat ze telkens op dag en uur op dezelfde plaats.

Haar meest noordelijke stand bereikt de zon in de dagen rond de 21 juni. Voor Halle is de zonsopgang dan om 4u32 en de zon komt dan statig te voorschijn boven de horizon op Azimuth 50.1°. Wie geen kompas heeft, gaat gewoon in de Halse Sint Martinuskerk staan in de vroege ochtend en kijkt vanaf de ingang lijnrecht door de achterste vensters. De grote kerk staat immers gericht op de zomerse zonnewende.

Een zeer zeldzame richting gezien kerken gericht zijn op het oosten of op het zuidoosten, richting Jeruzalem of Rome. In feite bevindt onze kerk zich in het hele kleine gezelschap van een andere aan Maria gewijde bedevaartkerk, de beroemde kathedraal van Chartres, een bouwwerk met prechristelijke fundamenten. Men beschouwt deze site als een oorspronkelijk Gallo-Romeins heiligdom maar waarschijnlijk zijn de fundementen nog veel ouder.

 

Ook de maan heeft een noordelijke wende. Dit is een zeldzame gebeurtenis: eens om de 18 jaar en zoveel dagen. Voor de carnavaleske manekijkers is 2006 een groot jaar. Zie onze website Het manische carnaval. De maanwende

 

Kijken en details lezen op www.luuper.be

Voor bronvermeldingen zie bibliografie januari 2006.xls

Werm gerekommandeid

ROBIJNS, J., red., Op Harpen en Snaren. Volksmuziek, volksdansen, volksinstrumenten in Vlaanderen. Antwerpen, De Nederlanden, 1983, p. 206,  ISBN 90 6583 037 5.

Bij het rondsnuffelen in de universiteitsbibliotheek vond ik toevallig een heel mooie recente uitgave over het Noord-Franse maar ook het Belgische traditionele carnaval. Lezen maar ook bekijken waard.

MESSIANT Jacques, Carnavals. Fifres, tambours et cymbales, Lille, La Voix du Nord, 2002, 100 p, ISBN 2-84393-048-0.

 

Bergpout en Plaan

CAFÉ BISTRO

OPEN MET CARNAVAL

BERGENSESTEENWEG 10 HALLE  360 14 65 

Taverne CAMBRINUS

Bij DUNJA en DIMITRI

BERGENSESTEENWEG 16 HALLE   

LIVING ROOM

Meubels Binnen & Buiten

BERGENSESTEENWEG 22 HALLE  380 06 90 

CAFE THE KEY

Sylvie & Marc

Kleine Restauratie
 Dinsdag sluitingsdag

OUDSTRIJDERSPLEIN      HALLE  361 27 50 

AKSES

BANK & VERZEKERINGEN

POSTSTRAAT 1 HALLE  361 16 03 

STREEKPRODUKTEN CENTRUM

PAJOTTENLAND ZENNEVALLEI

POSTSTRAAT 3a HALLE  361 31 90 

PITTA OLYMBIA

SNACK-PITTA RESTAURANT

VOLPESTRAAT 44 HALLE  361 79 65